Aanklachten in het “Avestruz” rechtszaak zijn aangepast

Woensdagochtend begon een grondige behandeling van de Avestruz (Struisvogel) rechtszaak in het Hof. Er zijn zeven verdachten, maar de aanwezigheid van twee was niet nodig, namelijk Curt Harms en Pieter Susebeek, omdat de inhoud van hun zaak niet naar voren werd gebracht.

Van 9:00 uur ’s ochtends tot 17:41 uur ’s middags, met een korte pauze tussendoor, waren de drie rechters zeer geconcentreerd op het beoordelen van de verklaringen van Damari en Deshaun, waarbij de betrokken verdachten waren: Leoncita Arends, Benny Sevinger, Gaby Werleman, Ninosca Nuñez en Carlo Mansur. De laatste, net als in de Eerste Instantie, gaf er de voorkeur aan om geen vragen te beantwoorden en bij zijn eerdere verklaringen te blijven.

Twee aspecten die werden benadrukt, waren het feit dat de Procureur-Generaal de aanklachten in sommige gevallen aanpaste, waar de verdediging natuurlijk niet mee instemde. Uiteindelijk besloot de President van het Hof echter de aanpassing toe te staan. Dit komt doordat het nieuwe Wetboek van Strafrecht, dat op 1 april in werking is getreden, deze mogelijkheid opent.

In de middaguren lag de focus op tegenstrijdige verklaringen met betrekking tot een envelop. Dit is de verklaring die het Openbaar Ministerie gebruikte om de voormalige functionaris van omkoping te beschuldigen. Zowel Arends als Sevinger werden uitgebreid ondervraagd en pogingen werden ondernomen om te achterhalen waar ze mogelijk in hun verklaringen fout gingen. Uiteindelijk bleef er twijfel bestaan over de kleur van de bekende envelop. De verklaringen hierover variëren.

Ook was er sprake van een discrepantie met betrekking tot de inhoud van de envelop. Getuige Roga verklaarde dat deze gevuld was met geld, rond de 200.000 florins, terwijl Sevinger en zijn vrouw, evenals Arends, verklaarden dat deze gevuld was met loterijkaartjes.

De middag eindigde met de mededeling dat de behandeling donderdagochtend zal worden voortgezet met de overige lopende zaken.