Gevangenisstraf en geldboete geëist tegen Alan Howell

Het gerecht in eerste aanleg heeft vandaag de behandeling afgesloten van de zaak tegen de politicus A.A.H., voormalig statenlid van de POR, en tegen de penningmeester van genoemde politieke partij, J.D.v.P. De rechter doet op 24 maart aanstaande uitspraak. 

De verdachte H. wordt verweten dat hij meer dan Afl. 190.000 aan subsidie -uitgekeerd aan de POR vanuit overheidsgelden- heeft verduisterd met medewerking van zijn medeverdachte V.P.  Daarnaast wordt H. oplichting en valsheid in geschrifte ten laste gelegd. Ook V.P. wordt van verduistering, oplichting en valsheid in geschrifte beschuldigd. 

De officier van justitie eiste tegen H. een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden en een geldboete. Tegen de verdachte V.P. eiste het Openbaar Ministerie een werkstraf voor de duur van 200 uur plus een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden met een proeftijd van 3 jaar.  De officier hield hierbij rekening met de kleinere rol van V.P. in de zaak.

De officier van justitie benadrukte in zijn requisitoir dat deze zaak, die bekend staat als Diamante, geen alledaagse strafzaak is. Politici zoals H. liggen in een kleine samenleving als de onze onder een vergrootglas en hebben een voorbeeldfunctie voor iedereen. De schade die H. met zijn gedragingen heeft berokkend aan de samenleving, is vele malen groter dan het geld dat is verduisterd. Het tast een belangrijke pijler van de democratie aan, namelijk het vertrouwen in de overheid. De burger moet erop kunnen vertrouwen dat politici integer zijn en ook dat er zorgvuldig wordt omgegaan met publiek geld. 

De burger moet weten dat de wet voor iedereen geldt en dat corruptie door politici onacceptabel is.