Tijdens haar vergadering van 13 april 2022, heeft het Monetair Beleidscomité (MBC)[1] van de Centrale Bank van Aruba (CBA) besloten om de reserveverplichting[2] per 1 mei 2022 te verhogen van 18,0 procent naar 20,0 procent. Dit besluit is primair gebaseerd op het hoge niveau van de overliquiditeit bij de commerciële banken en de toenemende inflatoire druk.
Bij het nemen van dit besluit is rekening gehouden met de volgende informatie en analyse:
Internationale reserves
International reserves, bestaande uit officiële reserves van de CBA en deviezenreserves aangehouden door de commerciële banken, namen toe met Afl. 362,2 miljoen (Grafiek 1). Evenzo steeg de component officiële reserves (inclusief herwaarderingsverschillen van goud en deviezenreserves) met Afl. 319,7 miljoen op 25 maart 2022, vergeleken met eind december 2021. Bijgevolg bereikten de internationale reserves en de officiële reserves op 25 maart 2022 Afl. 3.064,6 miljoen en Afl. 3.491,8 miljoen respectievelijk. Voor de rest van 2022 wordt een toenam verwacht in de officiële en internationale reserves als gevolg van de deviezeninkomsten uit toerisme, buitenlandse leningen en een toename van inkomende buitenlandse directe investeringen.
Derhalve zullen de internationale reserves naar verwachting ruim boven de maatstaf van 3 maanden betalingen op de lopende rekening (inclusief olie) blijven. Officiële reserves zullen ook binnen een acceptabele bandbreedte vallen bij toepassing van de IMF ARA maatstaf[3] (Tabel 1).
| Tabel 1: Gemonitorde reservemaatstaven in 2022 | |||
| jan | feb | mrt | |
| Lopende rekening dekkingsgraad¹ | 8,7 | 8,7 | 9,3 |
| IMF ARA maatstaf² | 107,6 | 107,0 | 111,6 |
| ¹Het aantal maanden aan lopende rekening betalingen dat gedekt wordt door de internationale reserves²De verhouding tussen het niveau van officiële reserves en het minimale toereikende niveau (conform IMF), in procent |
Grafiek 1: Ontwikkelingen in internationale en officiële reserves
Inflatie
In februari 2022 steeg de jaar-op-jaar consumentenprijsindex (CPI) met 3,5 procent ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder (Grafiek 2), meer dan de 3.3 procent eind-januari 2022. Deze stijging was vooral het gevolg van benzineprijzen, waardoor de component ‘transport’ ook werd beïnvloed (+1,5 procentpunt bijdrage). Groei in andere componenten droeg ook bij aan de inflatie, welke zijn ‘huishoudelijke activiteiten’ (0,3 procentpunt bijdrage), ‘recreatie en cultuur’ (0,3 procentpunt bijdrage) ‘diverse goederen en diensten’ (0,3 procentpunt bijdrage), ‘kleding en schoeisel’ (0,2 procentpunt bijdrage), ‘restaurant en hotels’ (0,2 procentpunt bijdrage) en ‘wonen’ (0,1 procentpunt bijdrage). De twaalfmaands gemiddelde inflatie voor februari 2022 steeg tot 1,7 procent en zal naar verwachting in 2022 verder toenemen. Deze verwachting is gebaseerd op het stijgende prijspeil in met name de Verenigde Staten en Europa, welke het gevolg zijn van onder meer (1) de oorlog in Oekraïne, en (2) de voortdurende logistieke problemen die de productie en het handelsketen belemmeren. Ondertussen bereikte de kerninflatie in februari 2022 1,8 procent op jaar-op-jaar basis en 0.3 procent op basis van een twaalfmaands gemiddelde.
Grafiek 2: Inflatie
Liquiditeit bij commerciële banken
De totale overliquiditeit van commerciële banken daalde van Afl. 1.320,5 miljoen in december 2021 tot Afl. 1.271,0 miljoen in februari 2022 (Grafiek 3). Deze afname in overliquiditeit was voornamelijk het gevolg van de stijging met één procentpunt in de reserveverplichting op 1 januari 2022, alsmede de daarop volgende één procentpunt verhoging op 1 februari 2022. Niettemin bleef het niveau van overliquiditeit aanzienlijk boven het pre-pandemie niveau. Het hoge niveau van overliquiditeit bij de lokale commerciële banken is mede het gevolg van de aanhoudende gematigde kredietvraag bij de lokale commerciële banken, in aanvulling op een verhoogd niveau van liquide middelen[4]geplaatst bij de commerciële banken.
Grafiek 3: Ontwikkelingen in overliquiditeit
Kredietontwikkelingen
In februari 2022 nam de totale kredietverlening van de commerciële banken af met Afl. 43,6 miljoen, oftewel met 1,1 procent naar Afl. 3.781,3 miljoen, vergeleken met december 2021. Deze daling werd voornamelijk veroorzaakt door een krimp in ‘zakelijke leningen’ (Afl. 31,0 miljoen/2,1 procent), die grotendeels het gevolg was van een afname van de leningen met een looptijd langer dan 2 jaar (Afl. 34,7 miljoen/4,2 procent) en de rekening-courant kredieten (Afl. 12,3 miljoen/8,2 procent). Daarnaast oefende de component ‘overige’ een neerwaartse druk op de totale kredietverlening gedurende de periode, aangezien deze met Afl. 14,1 miljoen oftewel met 3,3 procent daalde. Voor de rest van 2022 zal de totale kredietverlening naar verwachting gelijk blijven.
Ontwikkelingen in deposito’s van commerciële banken
In februari 2022 bedroeg de omvang van de totale deposito’s Afl. 5.073,4 miljoen, een lichte daling ten opzichte van de Afl. 5,079.0 miljoen geregistreerd in december 2021. De termijndeposito’s daalden met Afl. 69,7 miljoen vergeleken met december 2021. Anderzijds stegen zowel de direct opvraagbare deposito’s (Afl. 59,2 miljoen) als spaargelden (Afl. 4,8 miljoen) in februari 2022.
Centrale Bank van Aruba
17 juni 2022
[1] Het MBC is in mei 2010 ingesteld ter periodieke evaluatie en vaststelling van het monetaire beleid van de CBA. Daarnaast richt het MBC zich op het verbeteren van de transparantie van het monetaire beleid.
[2] De reserveverplichting verwijst naar het minimumbedrag aan reserves dat commerciële banken moeten aanhouden bij de CBA. Dit bedrag is (momenteel) gelijk aan 20,0 procent van hun verplichtingen met een looptijd van minder dan 2 jaar.
[3] De IMF ARA maatstaf verwijst naar de ‘Assesing Reserve Adequacy Metric’ van het Internationaal Monetair Fonds. Deze maatstaf meet de toereikendheid van officiële reserves door deze te vergelijken met een gewogen gemiddelde van de geldhoeveelheid, ‘intercompanyleningen’, kortlopende en langlopende schulden, en export van goederen en diensten.
[4] Het totaal aan liquide middelen bij commerciële banken bestaat uit de volgende componenten: contant geld, lopende rekening en deposito’s met een vaste looptijd gehouden bij de CBA, direct opvraagbare deposito’s en deposito’s met een vaste looptijd bij andere commerciële banken, kortlopende effecten, staatsobligaties, en andere verhandelbare effecten.
